Cursus kerkelijk orgelspel niveau A

Voor wie?

Voor organisten die al in de liturgische praktijk werkzaam zijn, maar nog niet alle beginselen van de begeleidingstechniek beheersen alsmede de beginselen van improvisatie op het orgel.

Waartoe?

De cursus is gericht op

  • het ontwikkelen van inzicht in het gebruik van harmonieën in modale melodieën in verschillende muzikale vormen en uit de meest gangbare liedbundels
  • het aanleren en inventief leren toepassen van de klassieke harmonieleer in het begeleiden van melodieën in verschillende modaliteiten, het improviseren van voorspelen en intonaties
  • het ontwikkelen van vaardigheid in het harmoniseren van melodieën waarbij de sopraan, alt en tenor met de handen en de bas met het pedaal worden gespeeld
  • het ontwikkelen van inzicht in de registratietechniek van harmonisaties en voorspelen
  • het leren begeleiden van koorzettingen waarbij de orgelpartij een zelfstandige functie vervult en de stemmen gespeeld moeten worden met zelfstandig pedaal dan wel met zelfstandig pedaal en uitkomende stem
  • het ontwikkelen van inzicht in de verschillende stijlperiodes aan de hand van literatuurspel

Instroomniveau

  • Het vierstemmig kunnen harmoniseren van een eenvoudig kerklied
  • Het kunnen improviseren van een korte intonatie bij een eenvoudig kerklied
  • In staat zijn toonladders en cadensen (zowel in mineur als in majeur) te spelen
  • De kandidaat laat zijn speelvaardigheid tijdens de eerste cursusbijeenkomst horen door zelfgekozen orgelliteratuur te spelen (met of zonder pedaal)

Inhoud

Het accent zal liggen op het uitbreiden van de kennis en vaardigheid die in het oriëntatiejaar is verworven. Naast bovengenoemde onderdelen de volgende vakken

  • Muziektheorie: algemene muziekleer, harmonische analyse, vormanalyse, partituurlezen
  • Solfè
  • Muziekgeschiedenis (toegespitst op de orgelliteratuur)
  • Liturgie
  • Hymnologie
  • Gregoriaans